Camper isoleren

Isolatiematerialen

Zo hebben polyurethaan (PU-schuim) en stryopor goede isolerende eigenschappen. Styropor is niet buigzaam en belangrijker zeer brandbaar. Aluminium is een goede warmtegeleider, dus slecht bruikbaar als isolatiemateriaal.

Bij inbouw van bestelbussen gebruikt men meestal X-trem of Armaflex als isolatiemateriaal. X-trem is gemaakt van polyethyleen, is bijzonder goed te verwerken, extreem buigzaam, brokkelt niet af en het absorbeert geen vocht. De isolatiewaarde is zelfs beter dan van polyurethaan. Armaflex is vergelijkbaar en iets soepeler te verwerken. Zelfkleven makkelijk aan te brengen.

In het algemeen kan gezegd worden dat PU-schuim met de meest homogene structuur de beste isolatieresultaten geeft. De aanwezige lucht kan in deze structuur slecht bewegen. Zelfbouwers gebruiken ook wel schapenwol. Schapenwol kan vocht opnemen en reguleren en wordt daardoor wel als 'ideaal' gezien. Anderen zien in het vasthouden juist een risico vanwege mogelijke roest. VAst staat wel dat het veel duurzamer is dan alle chemische schuimisolaties.

Gelukkig is de moderne camper voorzien van isolatiemateriaal met de meest homogene structuur en zijn de huidige opbouwconstructies berekend op een verblijf in de winter.

Isolatie sandwichwand

Om te beoordelen of de isolatie van een sandwichwand goed is, meet men op verschillende plaatsen de warmteoverdracht tussen de binnen- en buitenwand. Hiermee bepaalt men de hoeveelheid calorieën die de wanden, vloer, deuren en het dak passeren. Naarmate de hoeveelheid doorgelaten warmte geringer is, is de isolatie beter.

Van alle meetplaatsen wordt het gemiddelde genomen. Op deze manier ontstaat er een waarde voor warmtegeleiding, de K-waarde genoemd. Dit is een maat voor de doelmatigheid van de totale isolatieconstructie en geeft de weerstand aan tegen de uitwisseling van warmte. Hoe lager de 'K-waarde', des te beter de camper uitwisseling van warmte voorkomt.

De uitwisseling van warmte via de wanden, het dak en de vloer is ook van andere factoren afhankelijk:

• Het verschil in temperatuur in de camper en de omgeving;
• De gezamenlijke oppervlakte van alle wanden, dak en vloer;
• De aanwezigheid van luchtlekkages;
• De vochtigheid van het isolatiemateriaal;
• De kleur en afwerking van de carrosserie.