Iberische winterzon

• Spectaculaire jeepsafari in Monchique-gebergte
• Boottocht door natuurpark Ria Formosa
• Wandelpad ‘El Caminito del Rey’

Deze campertrip heeft een relaxed reistempo en start nabij het mediterrane Valencia. Via de Costa Brava zakken we af naar het diepe zuiden van Spanje, waar de winter niet lijkt te bestaan. In het zonnige Andalusië trekken we in ruim twee weken van oost naar west en komen we langs de meest onvergetelijke plekken.

Ongeveer halverwege de reis belanden we in de Algarve, de warmste streek van Portugal. Na enkele stops in Alentejo komen we aan in het kleurrijke Lissabon. Hierna gaan we naar het iets minder zonzekere noorden, maar kunnen we ons sowieso warmen aan de culturele pracht en praal in enkele historische steden.

Ons startpunt is El Saler, waar we volop kunnen genieten van de Spaanse zon. De camping ligt aan de rand van een natuurpark, tussen rijstvelden en dennenbossen, en op loopafstand van een uitgestrekt wit zandstrand. Valencia ligt vlakbij en dat verkennen we op de fiets en met een gids. We rijden verder via de kust naar Crevillent, waar we mooi de tijd hebben om op eigen houtje de Costa Blanca te verkennen.

Hoe dichter we bij Andalusië komen, hoe woestijnachtiger en spectaculairder het landschap wordt. We verblijven in natuurpark Cabo de Gata met vulkanische rotsformaties, (woestijn)landschappen, ongerepte baaien en diepe kliffen.

We maken er een excursie naar het authentieke Almería, gaan naar (de grotten van) Nerja, het witte droomdorpje Frigiliana en het fotogenieke Ronda. Net zo onvergetelijk is de tocht over het wandelpad ‘El Caminito del Rey’.

Enigszins verstopt in het zuidwesten van Spanje ligt de sherrydriehoek. In sherryhoofdstad Jerez de la Frontera bezoeken we een bodega en proeven we deze unieke wijn. Ook niet te missen: de trip met ferry naar Cádiz, het Havana van Spanje.

Totaal anders is het cowboydorp El Rocío met zijn zandwegen, saloonachtige barren en vele paarden. Nog een hoogtepunt is het nationaal park Doñana, waar we doorheen rijden met 4×4 wagens.

Na ruim drie weken Spanje zetten we voet op Portugese bodem in Olhão, een knus en sfeervol dorpje in de oostelijke Algarve. Hier trappen we ons Portugese camperavontuur toepasselijk af met een ‘Welkom in Portugal-proeverij’. Een dag later maken we vanuit dit vissersstadje een boottocht door natuurpark Ria Formosa, een van de zeven natuurwonderen van Portugal.

In Lagos begeven we ons in het meer toeristische deel van de Algarve en maken we een memorabele jeepsafari door het Monchique-gebergte.

We verleggen de koers naar het noorden en tuffen naar Porto Covo. Dit vriendelijke vissersdorpje ligt aan de Alentejaanse kust en herbergt veel halvemaanvormige stranden.

Met het zand nog tussen de tenen vervolgen we onze weg landinwaarts naar Évora, waar we de kurkfabriek bezoeken. In dit culturele hart van de Alentejo ligt de geschiedenis voor het oprapen. Zeker in het historische centrum, dat is uitgeroepen tot werelderfgoed.

Hierna is het de beurt aan Lissabon om de show te stelen. Samen met een gids bezoeken we deze bruisende hoofdstad en zien we de mooiste plekken.

Het laatste deel van de reis begint nabij de badplaats Nazaré. Niet zomaar een badplaats, want hier trotseren dappere surfers elke winter de grootste golven ter wereld: een waar kijkspektakel dus.

Van een heel andere schoonheid zijn het Klooster van Batalha – een gotisch meesterwerk – en het Sanctuarium van Fátima, een van de belangrijkste bedevaartsoorden voor Mariaverering. Tijdens een dagexcursie slaan we deze twee culturele vliegen in één klap.

Ook etappepunt Coimbra is doordrenkt van geschiedenis. Toch proeven we in deze gezellige universiteitsstad niet alleen cultuur: ’s avonds staat er een diner met fadomuziek op het menu. In Porto, de stad vernoemd naar de heerlijke portwijnen, sluiten we de reis in stijl af met een afscheidsdiner.